Boer en stad weten elkaar nog slecht te vinden

ALMERE • Do 10 oktober 2019 | 1:18 • Donderdag 10 oktober 2019 | 1:18

Het is onterecht dat boeren vaak over één kam geschoren worden. Dat is een van de uitkomsten van een onderzoek door de Flevo Campus in Almere. Het rapport werd woensdagavond gepresenteerd in de stadskas op het Forum.

Bij een groot deel van de bevolking leeft het beeld dat er slechts twee soorten agrariërs bestaan: de traditionele boeren en 'andere' boeren, die zich met bijvoorbeeld biologische veeteelt of gewassen bezighouden. Het rapport 'Anders boeren: typologie van boeren in Flevoland' laat zien dat de provincie een grote diversiteit kent in de vele land- en tuinbouwbedrijven.

Niet alleen zijn er grote verschillen in schaal van de productie, ook de mate waarin gebruik gemaakt wordt van technologische ontwikkelingen, of juist met mensen in plaats van machines gewerkt wordt, verschilt. Er zijn boeren die zich richten op een grote, anonieme afzetmarkt en boeren die vooral kijken naar de eigen streek en daarbij veel persoonlijk contact hebben met hun klanten.

Flevoland als ultieme landbouwprovincie
De provincie Flevoland kent bijna 90.000 hectare landbouwgrond. Ruim 70 procent daarvan is bestemd voor akkerbouw, zo’n 20 procent wordt gebruikt als grasland of voor voedergewassen. Niet alleen zijn landbouwbedrijven in Flevoland bovengemiddeld groot in vergelijking met de rest van het land, ook kent de provincie veruit de meeste biologische bedrijven.

Kloof
Uit het rapport komt naar voren dat ondanks die grote nadruk op landbouw in Flevoland, er een forse kloof is tussen Almere als grote stad en het platteland. De onderzoekers stellen vast dat Almeerders niet of nauwelijks op de hoogte zijn van wat er op het platteland gebeurt en dat boeren rond Almere op hun beurt geen binding hebben met de stad.

Dit maakt het voor boeren die zich specialiseren in streekproducten lastig om Almere als afzetmarkt voor zich te winnen. Kort gezegd: Almeerders weten niet wat er buiten de stad te halen is, boeren weten niet waar binnen de stad vraag naar is.

Duurzaamheid
De onderzoekers stellen dat er binnen Flevoland, net als daarbuiten, een noodzaak is om ‘anders’ te willen. Daarmee wordt gewezen op aanpassingen die noodzakelijk zijn in de strijd tegen klimaatverandering. Duurzaam verbouwen is daar onderdeel van.

Het rapport maakt duidelijk dat veel boeren wel degelijk oog hebben voor duurzaam ondernemen. De manier waarop dat gebeurt is de laatste jaren stevig gewijzigd. Ging dit eerst vooral over bijvoorbeeld de kwaliteit van het oppervlaktewater, tegenwoordig is er ook veel meer aandacht voor de biodiversiteit.

De onderzoekers schrijven: “De omstandigheden in de provincie zijn bijzonder geschikt voor biologische landbouw, waardoor verdere groei in die richting voor de hand ligt. Nabij de steden en dorpen in Flevoland, in het bijzonder Almere, en het vliegveld liggen kansen om hoogwaardig voedsel te produceren en in korte lijnen bij de lokale consument af te zetten.”

Conclusie
Uit het onderzoek is gebleken dat er geen gebrek is aan zowel de vraag naar duurzame producten, als de bereidheid om die producten te leveren. Daarvoor is het wel nodig dat Almere zich sterker verbindt met het platteland. Op welke manier boer en Almeerder zich dichter tot elkaar kunnen bewegen is nog niet duidelijk, daarvoor is volgens de opstellers van het rapport een vervolgonderzoek nodig.

Het rapport werd opgesteld door Wageningen Economic Research en Wageningen UR Open Teelten, in opdracht van Flevo Campus. een samenwerkingsverband tussen Aeres Hogeschool, het Amsterdam Institute for Metropolitan Solutions (AMS), de gemeente Almere en de provincie Flevoland.

WhatsApp ons!
Heb jij een tip of verbetering? Stuur de redactie van Omroep Flevoland een bericht op 0320 28 5050 of stuur een mail: rtv@omroepflevoland.nl!

Deel artikel