omroep flevoland

Bert van H., één van de twee verdachten van het afsteken van een zware vuurwerkbom op Urk, werd onder druk gezet om niet naar de politie te stappen. Dat zegt zijn advocaat, Christiaan Vingerling. Door wie dat gebeurd zou zijn, laat hij in het midden. "Hij was gewoon angstig", zegt Vingerling over de periode waarin van H. op de vlucht was voor de politie.

Bij de rechtbank in Lelystad diende dinsdag een korte zitting over de vuurwerkexplosie die een huis aan de Golfoploop op Urk op 3 november 2019 grotendeels verwoestte. Bert van H. volgde de rechtszaak via een videoverbinding vanuit het Justitieel Complex Schiphol, waar hij gevangen zit.

Tranen
Van H. was geëmotioneerd en deed huilend zijn verhaal. "Ik had niet verwacht dat het zo hard zou zijn", zo vertelde hij over de explosie. Hoewel Van H. via de videoverbinding niet goed te verstaan was, werd duidelijk dat hij zijn daden bekent en dat hij aangeeft spijt te hebben.

Bekentenis in brief
Van H. legde een paar weken geleden al een bekentenis af in een brief naar omwonenden van het getroffen huis. Ook aan het getroffen gezin zelf heeft hij een brief geschreven, maar die werd pas dinsdag - tijdens de zitting - overhandigd aan de advocaat van de slachtoffers.

'Kwajongensstreek'
Het OM legt Van H. poging tot moord danwel poging tot doodslag op vier personen ten laste. Dat het zou gaan om 'een kwajongensstreek' werd door de Officier van Justitie van de hand gewezen. "Een kwajongensstreek is iets wat iemand tot een jaar of 12 uithaalt, niet iemand van 22. Dan ben je oud en wijs genoeg om te weten wat je doet", zo gaf ze aan.

Voorlopig in de cel
De advocaat van Bert van H. pleitte tijdens de zitting voor voorlopige vrijlating, in afwachting van het daadwerkelijke proces. "Hij denkt zichzelf nuttig te kunnen maken, door aan het werk te gaan. Dan kan hij de schade die hij veroorzaakt heeft vergoeden. Dat is zijn insteek."

Als suggestie noemde de advocaat een avondklok, zodat Van H. alleen overdag de deur uit mag om aan het werk te gaan. De rechtbank ging niet mee in het verzoek. Van H. blijft voorlopig dus in de cel zitten.

Op 19 juni staat het vervolg van de rechtszaak gepland.