omroep flevoland

Nieuwe windmolens op zee moeten de visserij geen last bezorgen en voorafgaand aan de bouw moeten vissers bij de besluitvorming betrokken worden. Dat stelt het Europees Parlement in een rapport over windturbines op zee en de visserijsector dat woensdag is aangenomen.

Europarlementariër Peter van Dalen van de ChristenUnie maakte zich de afgelopen tijd sterk voor de positie van vissers uit Urk en andere visserijgemeenten. Nu het parlement met zijn voorstel heeft ingestemd, mogen windmolenparken op zee alleen nog op ruime afstand van visgronden worden gebouwd. Ook mogen de turbines geen slechte invloed hebben op het milieu.

Meer ruimte voor windmolens
In 2050 moet vijftien keer meer ruimte op zee worden benut voor windmolens dan nu het geval is. Samen met de vissers kan ervoor gezorgd worden dat visgronden overeind blijven en dat vissers niet in de problemen komen door de nieuwe windmolens.

Tachtig procent van alle vissersboten in de EU bestaat uit kleinschalige visserij. Zij varen voornamelijk in de kustwateren waar veel turbines gepland staan. Vooral kleine vissers kunnen getroffen worden door de komst van de molens. Als dat zo is, moeten ze compensatie krijgen, vindt het Europees Parlement.

Zelf meedenken
De visserij zelf mag ook naar nieuwe energievormen kijken, vinden de Europarlementariërs die het aangenomen rapport hebben geschreven. Drijvende windmolenparken, hernieuwbare waterstof, maar ook wind- en zonne-energie kunnen op sommige plekken in de visserij worden gebruikt. Hiernaast moet nagedacht worden over het combineren van windturbineparken op zee met beschermde natuurgebieden in de zee, aldus de makers van het rapport.