omroep flevoland

Wie wil bouwen in de laagste gebieden van Flevoland, zoals tussen Almere en Zeewolde, moet zich beseffen dat je daar natte voeten kunt krijgen bij extreem noodweer. Dat zegt heemraad Piet Boer van Waterschap Zuiderzeeland. Het waterschap heeft in kaart gebracht wat de zwakke plekken zijn in provincie.

De overstromingen in Limburg van afgelopen zomer waren voor Waterschap Zuiderzeeland de aanleiding om te onderzoeken wat er bij soortgelijke regenval in Flevoland zou kunnen gebeuren. "Bij neerslag zoals in Limburg lopen hier de vaarten en sloten over. En komt een deel van het land onder water te staan. We zien dat dan vooral akkers onder lopen. De gemalen kunnen die hoeveelheid neerslag niet op tijd wegpompen", vertelt heemraad Boer. Een heemraad bij een waterschap is te vergelijken met een wethouder bij een gemeente.

De heemraad legt uit dat het gaat om extreme regenval, die volgens berekeningen maar één keer in de 3500 jaar voorkomt. "Maar door de klimaatverandering neemt die kans toe tot één keer in de duizend jaar. Dat lijkt niet vaak, maar die regen kan bij wijze van spreken ook morgen vallen."

Twee duidelijke 'kuilen' in de provincie
"Bij Almere zien we vooral dat het water bij het deel ten noorden van Oosterwold komt te staan. Het water komt daar maximaal 50 centimeter hoog te staan. Het is dus niet levensgevaarlijk, maar zorgt wel voor veel schade", zegt de heemraad. De gemeente Almere heeft plannen om juist op die plek de tweede fase van Oosterwold aan te leggen. Maar dat lijkt ook om andere redenen niet de meest geschikte plek. "Als wij in die gebieden willen bouwen, roepen we problemen over ons af. Als je dat toch echt wilt, moet je dat op een andere manier doen. Denk dan aan drijvende woningen of meer op hoogte bouwen. Anders sluit je je af voor de klimaatverandering", aldus Boer.

In Noordoostpolder komt een deel van het gebied ten westen van Emmeloord onder water te staan. Dat is het laagste punt in Noordoostpolder. De dorpen en Emmeloord liggen hoger, omdat ze gebouwd zijn op opgespoten zand. Ook in Noordoostpolder komt op de akkers een laag van maximaal 50 centimeter te staan. Omdat de polder plat is, zijn er geen zware stromingen te verwachten zoals in Limburg. Bij de hevige regenval in 1998 was in dezelfde 'kuil' in Noordoostpolder de meeste overlast. Toen stonden veel akkers rond Tollebeek onder water en stroomden kades langs de vaarten over. Maar de regenval toen was minder heftig dan die in Limburg afgelopen zomer.

Net zoals in Noordoostpolder liggen ook de andere dorpen en steden in Flevoland hoger dan dan de akkers. "In de steden komt de wateroverlast niet van overstromende vaarten en sloten, maar omdat water in stedelijk gebied niet snel genoeg weg kan. Alles van steen laat geen of langzaam water door. En mensen betegelen ook nog eens vaak hun hele tuin", vertelt Boer. De overlast in de steden en dorpen komt dan ook vooral doordat riolen de hoeveelheid water niet op tijd weg kunnen krijgen.

Extreem zeldzaam noodweer
Het Waterschap Zuiderzeeland heeft nog een tweede kaart laten maken. Hierop staat wat er kan gebeuren als het drie dagen achter elkaar extreem regent. "Dit is noodweer dat volgens berekeningen eens in de tienduizend jaar voorkomt. Natuurlijk komt dan een groter deel van de provincie onder water te staan. Maar ook nu komt het water maximaal 50 centimeter hoog te staan. Dit is natuurlijk bijzonder vervelend, maar er vallen geen doden. Dat is een geruststelling".