Batavia moet worden gered, in Stockholm weten ze hoe

LELYSTAD • Di 3 september 2019 | 7:38 • Dinsdag 3 september 2019 | 7:38

De Batavia in Lelystad dreigt ten onder te gaan aan achterstallig onderhoud. De reconstructie van het 17e-eeuwse VOC-schip is al lange tijd in slechte staat door geldgebrek. Het schip moet op de kant gerestaureerd worden, maar de vraag is wat er daarna moet gebeuren. In de Zweedse hoofdstad Stockholm hebben ze mogelijk antwoord op die vraag.

In dezelfde tijd dat de Batavia werd gebouwd, werd ook in Stockholm gewerkt aan een groot schip: de Vasa uit 1628. Dat was een oorlogsschip, want het Scandinavische land was in de 17e eeuw in oorlog met Polen-Litouwen. De Vasa werd gebouwd onder Nederlandse leiding. Scheepsbouwers Hendrik Hubertsen en Arendt de Groote werden van Rijswijk naar Stockholm gehaald om de bouw te coördineren. Ook veel arbeiders op de Zweedse scheepswerf kwamen uit Nederland.

De Nederlandse hulp bleek weinig succesvol. Toen het schip amper een kilometer had gezeild, ging het al mis. Een ferme windvlaag zorgde ervoor dat er water in de kanonsgaten kwam. De Vasa zonk als een baksteen en zo’n dertig opvarenden kwamen om het leven.

Redding
De Vasa lag meer dan driehonderd jaar op de bodem van de zee. Pogingen om het schip omhoog te halen, liepen op niets uit. In de eeuwen die volgden, werd de precieze locatie van de Vasa vergeten. Pas in 1956 vond amateur-archeoloog Anders Franzén eikenhout met zijn sonde; de Vasa was weer terecht. In het koude, brakke water in de haven van Stockholm bleek het schip redelijk goed geconserveerd te zijn.

Het schip werd naar de oppervlakte gehaald en naar een droogdok gebracht. Daar werd het water weggepompt. De Vasa werd op een stalen ondersteunende constructie gezet. Daarna werd het schip bijna achttien jaar lang geïmpregneerd met PEG, een soort wax, om het vocht te vervangen.

"Je moet geld hebben om zo'n schip goed te onderhouden."

— Magnus Olofsson, Vasamuseum Stockholm


Museum
Vervolgens stond Stockholm voor dezelfde vraag als Lelystad nu: wat te doen met zo’n groot schip? Een prijsvraag werd uitgeschreven om een permanente plek voor het schip te vinden. In 1988 werd de Vasa voor het laatst verplaatst. Op het schiereiland Djurgården was een grote hal gebouwd waar het schip tentoongesteld werd. Honderdduizenden bezoekers kwamen op het museum af.

Mede door het grote aantal bezoekers begon het schip te rotten. "Daarom werd in 2004 de temperatuur in het museum gestabiliseerd op zo’n 18.5 graden Celsius", legt conservator Malin Sahlsted van het Vasamuseum uit. "En de luchtvochtigheid is ongeveer 53 procent. Een stabiel klimaat is belangrijk om het schip te bewaren."

"We willen het schip voor duizend jaar bewaren", zegt senior-advisor Magnus Olofsson. "Dat is ambitieus, maar het kan." Olofsson is nu bezig met een project om de Vasa een nieuwe ondersteuning te geven. "Dat is hard nodig, anders stort het schip straks letterlijk in elkaar."

Advies
De Zweden hebben dus ervaring met het bewaren van houten schepen en zouden kunnen helpen met het conserveren van de Batavia. "Dat willen we graag doen," lacht Olofsson. "Maar met kennis, niet met geld. Daar zit natuurlijk de grootste uitdaging. Je moet geld hebben om zo’n schip op lange termijn goed te onderhouden. Maar we delen graag onze ervaringen om de Batavia zo goed mogelijk te bewaren."

WhatsApp ons!
Heb jij een tip of verbetering? Stuur de redactie van Omroep Flevoland een bericht op 0320 28 5050 of stuur een mail: rtv@omroepflevoland.nl!

Deel artikel