omroep flevoland

Er zouden minder regels moeten zijn voor de opvang van daklozen. Spontaan iemand snel onderbrengen gaat niet.

Dat zegt straatpastor Charissa Kok van Lelystad in Het Gesprek, naar aanleiding van de CBS-cijfers over het aantal daklozen in ons land. Dat aantal steeg van 30.600 in 2023 naar 33.000 vorig jaar.

Kok zegt over de landelijke stijging: "Wij merken in Lelystad ook dat het stijgt. Wij komen de daklozen tegen. Je ziet niet meteen dat iemand dakloos is, maar wij gaan geregeld op pad en wandelen ook 's avonds over straat. Dan hoor je de verhalen van mensen die bijvoorbeeld in auto's en in gebouwen slapen."

Marieke Koning is vrijwilliger bij het straatpastoraat van Lelystad: "Ik ga vaak mee met de soepbakfiets. Daarmee gaan we 's avonds de straat op om soep uit te delen. Dan ga je de daklozen herkennen. Zo loopt er een jongen uit Polen rond die 's avonds in een garage slaapt. Dat is schrijnend. Hij mocht niet meer bij z'n ouders blijven omdat hij drugs gebruikte. Hij is uiteindelijk in Lelystad terecht gekomen."

Werk én woonplek kwijt
De toename van het aantal daklozen was voor het straatpastoraat aanleiding om een paar praktijkgevallen op Facebook en Instagram te plaatsen. Zoals dit: "Gisteravond waren we aan het vergaderen in één van de ontmoetingsruimtes in het centrum. Opeens stapt er een jongeman binnen. Hij kan geen Nederlands, wel Engels. Hij gaat aan tafel zitten en heeft waarschijnlijk het idee dat we een 'inloop' hebben. We raken met hem in gesprek; hij blijkt drie dagen eerder te zijn ontslagen en daarbij gelijk zijn woonplek te zijn kwijt geraakt. Weer zo'n situatie. Hij kreeg koffie en koek. En mocht tijdens de vergadering erbij blijven zitten."

Kok: "Die avond konden we hem geen slaapplek aanbieden. Wil je een opvangplek regelen, dan moet je je voor vijf uur 's middags aanmelden. Omdat hij een arbeidsmigrant is, heeft hij niet zomaar recht op een plek in de dag- en nachtopvang. Wel heeft hij recht op de winterkouderegeling. Maar die is in Almere. De volgende dag hebben we hem opgezocht, eten gegeven en een treinkaartje gekocht. Toen is hij naar Almere vertrokken. Wij zouden voor een laagdrempeliger opvang zijn."

Minder regels zou helpen
Straatpastor Charissa Kok daarover: "Wij zouden graag direct een plek bieden aan iemand die de nacht buiten moet doorbrengen. In andere, grotere, steden is zo'n nachtopvang er wel.'' Minder regels en voorwaarden zou het werk ook een stuk makkelijker maken, geeft Kok aan. Al zijn er soms wel uitzonderingen. "Laatst gingen we samen met het Leger des Heils de straat op met de soepbakfiets. Zij hebben toen iemand meegenomen naar een opvang. Maar in principe moet je je voor vijf uur melden én dan moet er ook nog eens plek zijn in de opvang. Wat lang niet altijd het geval is."

"We moeten het samen doen"
Op de Facebookpagina van het Lelystadse Straatpastoraat stond deze week nog een voorbeeld van een dakloze: "Een gescheiden vrouw stapt door de week één van de kerken in, ze weet het niet meer. Via de kerk komt ze in contact met het straatpastoraat. Deze vrouw werkt, heeft altijd alles 'voor elkaar gehad', kan goed voor zichzelf zorgen, maar op dit moment heeft ze geen eigen plek om te wonen. Ze verblijft dan hier, dan daar. En dit is al een tijdje zo. Het is mentaal pittig om dit vol te houden. En de kinderen kan ze nu niet op een 'eigen' plek ontvangen." Charissa Kok: "Voor deze vrouw hebben we een betaalbare plek gevonden bij iemand die een vrijwilliger van ons weer kende. Voor twee weken."

Ondanks de stijging van het aantal daklozen en ondanks de regels waar ze tegenaan lopen, houden Kok en Koning de moed erin: "Het is weerbarstig en zwaar. Maar wij geloven dat we het samen moeten doen en dat Iemand met ons mee is," vertelt Kok. Vrijwilligster Koning: "Achter elk mens zit een verhaal. Ze vinden het fijn met ons te praten."