omroep flevoland

"Ik had het idee dat ze ver boven hun stand leefden", dat zegt een van de oud-spelers van Batavia '90 over de financiële nood en het dreigende faillissement van de amateurvoetbalclub in Lelystad. Het is een beeld dat door verschillende oud-spelers van de club, onafhankelijk van elkaar, wordt bevestigd.

Omroep Flevoland sprak meerdere oud-spelers die de afgelopen jaren voor de club uitkwamen. Ze hadden allemaal een contract waarin afspraken stonden over de maandelijkse betaling.

Ze kregen ook bijna allemaal te maken met het feit dat de club op enig moment niet - of niet op tijd betaalde. Meerdere spelers, die inmiddels al lang weg zijn bij de club, wachten ook nu nog op hun geld.

Gevoelig
Geen van de voetballers wil zijn verhaal doen met zijn naam erbij. Dat ligt allemaal te gevoelig. "Maar ik heb niks tegen de club, zeker niet", zegt één van hen. "Het waren vriendelijke mensen. Als het om het geld ging, dan had je maar met een paar mensen van het bestuur te maken, die mensen kwamen hun afspraken niet na."

Eén van de namen die in het hele verhaal telkens weer naar boven komt, is die van oud-voorzitter Marco Knippenberg. Hij stapte begin 2015 in bij de club. Batavia speelde op dat moment nog in de vierde klasse. Knippenberg liet na een paar maanden al bij Omroep Flevoland optekenen dat er grote ambities waren. De club moest binnen zeven jaar van het bescheiden amateurniveau waarop ze speelden naar de Topklasse, het hoogste amateurniveau van Nederland op dat moment.

Er werd een businessclub opgericht en al snel kwamen er spelers van andere clubs om het eerste elftal te versterken. Er volgde een promotie naar de derde klasse en een paar jaar later naar de tweede klasse. Op dat niveau bleef de club meerdere jaren hangen, een prima amateurniveau, maar nog wel met vier amateurklassen daarboven.

"Het verbaasde me wel. We speelden maar in de tweede klasse en al die spelers waren het salaris gewend van de topamateurclubs. Je weet misschien niet heel precies van elkaar wat je verdient, maar ik wist wel dat dit allemaal jongens waren die heel wat gewend waren en die niet zomaar naar deze club waren gekomen. Dat was best wel vreemd voor een tweedeklasser."

1.500 euro per maand
Van één speler is het inkomen publiekelijk bekend omdat hij vorig jaar juni een kort geding aanspande tegen de club, omdat hij nog vijf maanden salaris tegoed had. Gilbrano Plet stond voor 1.500 euro per maand op de rol en had daarvoor officieel een werkweek van 16 uur. De spits werd door de rechter in het gelijk gesteld en de club moest betalen.

De 1.500 euro die Plet verdiende in de tweede klasse is uitzonderlijk. Het is een salaris dat past bij de tweede divisie, het hoogste amateurniveau in Nederland op dit moment. Of de hoogte van het salaris van Plet een uitzondering was bij Batavia '90, is niet duidelijk. Wel liepen er in de afgelopen jaren spelers rond die als voetballer meer naam hadden gemaakt dan Plet en die ook bij grotere clubs hadden gespeeld. Logischerwijs is niet per se te verwachten dat zij veel minder zouden hebben verdiend.

Eén speler vertelt hoe hij al meerdere keren met betalingsachterstanden te maken had gehad, maar dat er in de zomer wel weer gerenommeerde spelers werden gehaald. "De problemen waren allang duidelijk, maar er kwamen gewoon weer nieuwe spelers."

"We hadden allemaal een contract", zegt een andere speler. "Maar er waren er steeds meer die niet betaald kregen."

Voetbalveld Batavia '90

Er is een schuld die mogelijk oploopt tot vier ton en de nieuwe voorzitter probeert bij de gemeente een lening los te krijgen om de schulden af te betalen en met een goed beleid verder te gaan. Inmiddels is er van de laatste contractspelers afscheid genomen.

Achterstallig salaris
"Op een gegeven moment liep het aantal sponsoren terug en in het seizoen '22/'23 begonnen de financiële problemen", vertelt Hillebrand. "We moeten inderdaad nog achterstallig salaris betalen en we hebben ook een schuld bij het sportbedrijf voor de huur van de velden en de kleedkamers. Ook is er nog een schuld bij de belasting."

De specifieke oorzaken benoemt Hillebrand niet, maar hij verwijst hiervoor wel duidelijk naar het vorige bestuur. "Wij proberen vooral om de boel te redden en we hopen dat de gemeente daar met een lening aan mee wil werken, we vragen niet om een schenking. We hopen dat dit gaat lukken, vooral voor de duizend leden die de club heeft."

Voormalig voorzitter Marco Knippenberg was niet bereikbaar voor een reactie.