De Camera van Dirk de Boer: de 'staatsbegrafenis' die Urk gaf aan vlieger Ludwik Karcz

URK • Zo 2 mei 2021 | 20:24 • Zondag 2 mei 2021 | 20:24

Het zijn de meidagen van 1941. Nederland is sinds een jaar bezet door de Duitsers. En ook op Urk is de Duitse bezetter neergestreken. Desondanks gaat het dagelijkse leven voor zover mogelijk gewoon door. De grote razzia's moeten nog gaan plaatsvinden, levensmiddelen zijn nog niet zo schaars als ze later in de oorlog zullen worden en ook het massaal in beslag nemen van Urker botters zal pas later beginnen. Dirk de Boer uit Noord-Holland werkt al meer dan een half jaar op Urk bij de totstandkoming van gemaal Vissering. Hij werkt aan de boekhouding, maar is ook belast met het vastleggen van de bouw op foto en film. Naast het vastleggen van de bouw van het gemaal, filmt De Boer ook het dagelijks leven op Urk. Toch gaat het oorlogsgeweld niet aan Urk voorbij en daar zal Dirk later dat jaar het bewijs van vastleggen.

Elke nacht vliegen namelijk grote formaties vliegtuigen uit Engeland recht over Urk heen. Hun missie: het bombarderen van Duitse vliegvelden, industriegebieden en andere doelwitten. Urk is daarbij een herkenbaar baken, een richtpunt voor de vliegtuigen die op weg zijn naar Duitsland. Inmiddels is het dorp eiland-af en is het met dijken verbonden aan de vaste wal. De aangrenzende polder valt in die maanden langzaam droog. Daardoor steekt het voormalige eiland duidelijk af op de scheidslijn van het IJsselmeer en het nieuwe land. Het is makkelijk te spotten voor de navigerende piloten. En ook op de terugweg naar Engeland, zetten de vliegtuigen die niet zijn neergehaald door Duits afweergeschut koers richting Urk. Het is in het voorjaar van 1941 dus een komen en gaan van vliegtuigen boven de iets meer dan vierduizend inwoners tellende dorpskern.

De laatste vlucht van Wellington R1322
Zo ook in nacht van donderdag 8 op vrijdag 9 mei 1941. Een Vickers Wellington-bommenwerper met vluchtnummer R1322 is 's avonds om 22:56 uur plaatselijke tijd opgestegen vanaf een vliegveld bij het Engelse Nottingham. Het is die nacht de bedoeling om een doelwit in de buurt van de Duitse stad Bremen te bestoken. Aan boord van het toestel bevinden zich zes Poolse bemanningsleden van het Poolse 305 RAF Squadron. Twee piloten, twee boordschutters, een navigator en een radiotelegrafist. Ze zijn tussen de 24 en de 33 jaar oud.

Ludwik Karcz is één van de twee boordschutters. De 25-jarige Pool heeft in Schotland de Bombing & Gunnery School van de Royal Air Force gevolgd en vliegt dus nu missies om Duitsland te bombarderen. Maar deze nacht weten hij en de rest van de bemanning Bremen niet te bereiken. Boven het IJsselmeer treffen ze een nachtjager die bestuurd wordt door de Duitse piloot Hans Rasper. De nachtjager zet de aanval in op de Wellington-bommenwerper en de Poolse bemanning is machteloos. Hun vliegtuig wordt geraakt, explodeert en stort neer in het IJsselmeer. De zes inzittenden komen om het leven.

Vissers vinden drie lichamen in het water. Deze worden naar Amsterdam gebracht om daar begraven te worden. Twee andere bemanningsleden blijven vermist tot hun bommenwerper in 2017 wordt drooggelegd in het IJsselmeer. Hun stoffelijke resten worden gevonden en vervolgens bijgezet op de begraafplaats in Amsterdam. Met het stoffelijk overschot van Ludwik Karcz vergaat het anders en dat brengt het verhaal weer naar Urk.

Een 'staatsbegrafenis' door de Urkers voor Ludwik Karcz
Het is inmiddels 2 juli 1941. Het dorp heeft net opnieuw een strenge winter achter de rug, maar op deze julidag is het zonnig en warm. En er staat iets bijzonders te gebeuren. Een dag eerder is namelijk het lichaam van Karcz aangespoeld tegen de dijk tussen Urk en Lemmer. Zijn lichaam wordt niet zoals zijn mede-bemanningsleden naar Amsterdam, maar naar Urk gebracht. Hij wordt ergens in het oude dorp in een kist gelegd en haastig worden voorbereidingen getroffen voor zijn begrafenis. Die begrafenis is er niet zomaar één: je zou het bijna een staatsbegrafenis kunnen noemen. Dirk de Boer legt die bijzondere gebeurtenis op 2 juli 1941 vast op film.

"O, dat is de begrafenis van een piloot!" De ogen van de nu 95-jarige Hilda Pruiksma lichten op als ze het tafereel op een beeldscherm voor zich ziet in museum Het Oude Raadhuis op Urk. Pruiksma woont haar hele leven al in het dorp en maakte de oorlogsjaren als jonge vrouw mee. Ze was aanwezig bij de begrafenis van Karcz, net als heel veel andere Urkers. Pruiksma krijgt de beelden van die dag weer helder op het netvlies. "Hele lange rijen Urkers liepen achter die begrafenis aan", memoreert ze.

Naast gewone Urkers stonden ook hoogwaardigheidsbekleders rond het graf. Dominee van Wieringen bijvoorbeeld, die de grafrede uitspreekt en een gebed doet in het Engels. De Urkers gingen er namelijk op dat moment vanuit dat Karcz een Engelsman moest zijn. Pas na de oorlog werd zijn Poolse nationaliteit bekend. Ook de lange burgemeester Keijzer staat in de menigte. Later in de oorlog wordt hij vervangen door een NSB-er en wordt hij afgevoerd naar Kamp Amersfoort. Na de oorlog keert Keijzer op 15 mei 1945 uit gevangenschap terug naar Urk en zal hij burgemeester blijven tot 1956. Verder is marechaussee Harmen Visser te zien als hij een saluut brengt aan de gevallen vliegenier. Visser wordt in Vollenhove een van de leiders van het regionale ondergrondse verzet. Vlak voor de bevrijding van Urk sterft hij als hij meehelpt om onder meer Lemmer te bevrijden.

Poolse boordschutter is tweede gesneuvelde die graf op Urk krijgt
Karcz is niet de eerste vliegenier die op Urk wordt begraven. Op 25 mei 1941 wordt al de Engelse boordschutter Duncan McDougall als eerste geallieerde vlieger op de begraafplaats naast het Kerkje aan de Zee ter aarde besteld. Dat gebeurt eveneens onder grote belangstelling van de Urker bevolking. In juli wordt zijn graf geopend, want vanwege de beperkte ruimte op de begraafplaats moet de kist waarin de Poolse vlieger ligt in hetzelfde graf komen. Verschillende Urker mannen tillen de kist vanuit het lijkhuisje naar de laatste rustplaats.

De groep Urkers die het gadeslaat is enorm, en de begrafenis is plechtig. "Je ziet een stuk medeleven, een hulde die de Urkers brengen aan deze vliegenier, voor zijn aandeel in de oorlog", zegt Robert Hofman, onderzoeker van de stichting Urk in Oorlogstijd. Hofman deed jaren hiervoor al onderzoek naar de begrafenissen van geallieerde vliegeniers op Urk, maar hij geeft zijn ogen bij het zien van de bewegende beelden goed de kost. Hij vergelijkt de beelden met foto's die al veel langer bekend zijn. Door te letten op enkele details: welke kleding dragen de dragers, liggen er bloemen op de kist of niet, weet hij precies welke begrafenis Dirk de Boer heeft vastgelegd. Het moet die van Karcz zijn.

Begraven in een dure kist, betaald door de Urker bevolking
Op de beelden valt het oog van Evert Weerstand meteen op de kist die gebruikt is. Weerstand is betrokken bij het plaatselijke museum en kent de plaatselijke geschiedenis goed. "Het is een superdure kist. Als ik het zo bekijk, met het koperbeslag eraan, dan sprong deze kist er wel uit. Ze wilden laten zien dat deze man voor onze bevrijding hier naartoe kwam. Op deze manier wilden ze uiting geven en werd hij begraven in een deugdelijke kist." De kist werd door de Urker gemeenschap bekostigd, samen met de bloemen. En dat voor iemand die ze niet kennen. Later dat jaar komt er ook een indrukwekkend grafmonument op de plek waar McDougall en Karcz samen begraven liggen.

De eerste drie eervolle begrafenissen - op tien september 1941 vindt de derde plaats - zijn de Duitsers een enorme doorn in het oog. Bij de begrafenissen zijn Duitse waarnemers aanwezig en zij zien dat de bijeenkomsten een ondertoon van verzet tegen de bezettende macht beginnen te krijgen. Het zijn haast demonstraties. De geallieerde vliegeniers krijgen alle eer van de Urkers en dat moet maar eens afgelopen zijn. Hilda Pruiksma: "Die Duitsers hebben er toen een eind aan gemaakt." Voor Robert Hofman van Urk in Oorlogstijd maakt dat gegeven het des te meer bijzonder dat er nu filmbeelden opduiken van één van de drie eervolle begrafenissen.

Minimaal 175 vliegeniers vonden de dood rond Urk
Tot na de bevrijding krijgen nog zo'n twintig geallieerde vliegeniers een plekje op de Urker begraafplaats. Maar dat gebeurt op last van de Duitsers zonder enige plechtigheid, zij worden in een hoekje weggestopt. Tientallen andere lichamen worden in de latere oorlogsjaren meteen weggebracht van Urk naar Amsterdam. Harmen Kramer, tijdens de oorlog verantwoordelijk voor de berging van stoffelijke overschotten rond Urk, heeft na 1945 opgetekend dat rond Urk minimaal 175 vliegeniers de dood vonden en werden geborgen. Een onbekend aantal geallieerden is na een vliegtuigcrash nooit teruggevonden.

Sommige vliegtuigbemanningen overleven als ze later in de oorlog een noodlanding kunnen maken in de inmiddels drooggevallen Noordoostpolder. De meeste vliegeniers worden in dat geval krijgsgevangen genomen. Enkelen worden op tijd gevonden door het ondergrondse verzet en verlaten Urk met hun hulp per boot, of gaan te voet of per fiets richting het oosten. Daar duiken de meesten onder tot het einde van de oorlog. Een enkeling weet na lange omzwervingen terug te keren naar Groot-Brittannië.

Dinsdag staan we stil bij hoe Dirk de Boer de eerste dag van de bevrijding op Urk heeft vastgelegd. Dinsdagavond om 19:30 uur wordt de documentaire 'De camera van Dirk de Boer - oorlog en vrede' in zijn geheel uitgezonden op Omroep Flevoland. Vanaf dat moment is de documentaire ook op YouTube te zien.

Omroep Flevoland heeft eind vorig jaar zes filmblikken met daarin bijna anderhalf uur aan 8mm-film in handen gekregen. Het materiaal bevat bewegend beeld uit de jaren 1940 tot 1945 en biedt een unieke blik op Urk en omgeving. De filmrollen zijn inmiddels gedigitaliseerd en deels gerestaureerd. De reportagereeks over oorlog en vrede die deze week wordt uitgezonden is de eerste die voortkomt uit het filmmateriaal van Dirk de Boer. Later dit jaar volgen meer reportages naar aanleiding van zijn beelden. Die zullen gaan over het dagelijkse leven op Urk in het begin van de oorlog, de bouw van gemaal Vissering, en het verhaal over de filmer zelf.

Bronvermelding:
Foto Ludwik Karcz: polishwargraves.nl
Foto eerbetoon naast graf: collectie Dirk de Boer
Foto grafmonument: collectie nabestaanden Geert Oost

WhatsApp ons!
Heb jij een tip of verbetering? Stuur de redactie van Omroep Flevoland een bericht op 0320 28 5050 of stuur een mail: rtv@omroepflevoland.nl!

Deel artikel