Almeerse stichting: 'Hulpvraag Oekraïne wordt enorm door winter'

ALMERE • Ma 19 december 2022 | 6:22 • Maandag 19 december 2022 | 6:22

De situatie in Oekraïne is voor veel mensen slechter aan het worden. Dat zegt Heleen Berends van de humanitaire organisatie Dorcas. Deze Almeerse stichting vangt in verschillende plaatsen in Oekraïne vluchtelingen op. De dalende temperaturen en beschadigde energievoorziening zijn daar een grote uitdaging, merkt Berends. "Er komt echt iets heel groots op ons af."

Sinds kort vriest en sneeuwt het in de regio waar Dorcas actief is. "We voelen allemaal de druk van de winter", merkt Berends. "Het is nog niet heel koud, maar er is nu al te weinig energie of brandstof." Sinds het begin van de oorlog in Oekraïne werkt Berends voor Dorcas. In onder andere Transkarpatië en Zaporizhzhia helpt ze met de stichting vluchtelingen aan onderdak, voedsel, psychosociale zorg en financiële steun.

"Ik zou eigenlijk iets heel anders gaan doen"

— Heleen Berends, Dorcas
Andere plannen
Berends werkt pas kort bij Dorcas als Rusland op 24 februari dit jaar Oekraïne binnenvalt. "Ik zou eigenlijk iets heel anders gaan doen, maar de oorlog veranderde alles", vertelt de hulpverlener via een haperende internetverbinding. Ze zit in Perekhrestya, in het westen van Oekraïne. De elektriciteit en internet vallen daar geregeld uit.

Met ervaring in Syrië en Irak voor de Apeldoornse organisatie ZOA, wordt Berends in maart gevraagd in Oekraïne een reponse-team op te zetten: een samenwerking tussen verschillende organisaties om snel hulp te kunnen bieden. "En sindsdien zit ik hier nog."

Heleen Berends in Perekhrestya

Al langer actief
De stichting uit Almere is niet nieuw in Oekraïne. Al 25 jaar zet Dorcas zich in het land in voor armoedebestrijding. De stichting hoefde in maart dus niet bij nul te beginnen. "Dat heeft heel erg geholpen", merkte Berends. "We hadden al veel contacten, goede connecties en ook een reputatie." En toch was het begin ook moeilijk. Lokale werknemers in het oosten van het land moesten vluchten voor hun eigen veiligheid. Bovendien moest de stichting in korte tijd omschakelen naar het bieden van noodhulp.

"Cash geven is een hele vrije manier om hulp te bieden"

— Heleen Berends, Dorcas
Cashprogramma
Net als een veel andere organisaties biedt Dorcas vluchtelingen een cashprogramma, waarbij mensen maandelijks tussen de 65 en 70 euro ontvangen. Dit geld is bedoeld voor voedsel en medicijnen. "Contant geld geven is een hele vrije manier om hulp te bieden", ziet Berends. "Mensen kunnen zo zelf keuzes maken in wat ze het hardst nodig hebben".

Naast financiële hulp, biedt Dorcas ook psychosociale ondersteuning aan mensen. Samen met verschillende Oekraïense organisaties worden er groeps-counseling sessies georganiseerd. Tijdens deze sessies wordt gesproken over wat de mensen hebben meegemaakt en hoe hiermee om te gaan. Volgens Berends bieden die groepen mensen daarna ook een sociaal netwerk.

Toenemende hulpvraag
Nu de winter valt zal de hulpvraag in Oekraïne nog verder toenemen, verwacht Berends. "De hulp tot nog toe is met name op de korte termijn gericht." Daarmee doelt ze op de acute noodhulp die Dorcas en andere organisaties bieden. Maar dat is niet genoeg. "Het is op een veel kleinere schaal, dan dat er daadwerkelijk nodig is. Dat is soms heel frustrerend."

"Ik hoop dat we deze winter doorkomen. En vanaf dan zal het allemaal iets makkelijker zijn"

— Vladimir Ignatiev, Dorcas
Hulpverlener en vluchteling in één
In het relatief veilige Transkarpatië, in het westen van Oekraïne is bijna 1 op de 3 mensen vluchteling, schat de Oekraïense Dorcas-collega Vladimir Ignatiev. Zelf is hij ook een van die vluchtelingen. Voor de oorlog werkte hij in het oosten van het land voor Dorcas. Maar toen het Russische leger naderde, moest hij halsoverkop met zijn gezin vluchten. Sindsdien zet hij in het westen van het land zijn werk voor Dorcas voort, als vluchteling en hulpverlener in één.

Ook Vladimir vreest de uitdagingen die de winter zal brengen. "Door de Russische raketaanvallen hebben we veel last van stroomuitval", legt hij uit. En dat betekent vaak dat de verwarming in huizen het niet doet. "Onze regering doet er alles aan om te helpen en voorziet in generatoren." Dat helpt tot op zekere hoogte, merkt hij. Toch blijft Ignatiev optimistisch: "Ik hoop dat we deze winter doorkomen. En vanaf dan zal het allemaal iets makkelijker zijn".

Volgens de UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de VN, zijn er sinds eind februari 7,8 miljoen mensen uit Oekraïne gevlucht. In Nederland wordt daarvan een klein deel opgevangen. Begin december staan er hier zo'n 87.000 vluchtelingen geregistreerd. Flevoland biedt momenteel ongeveer 2800 opvangplekken aan Oekraïense vluchtelingen. Maar ook binnen Oekraïne is de vluchtelingenstroom groot. Zo'n 6,5 miljoen Oekraïners moesten hun thuis verlaten, maar bleven in Oekraïne, meldt UNHCR. Volgens Dorcas zijn dit mensen die het land niet willen of kunnen verlaten. Zij hebben vaak niet de financiële middelen of de benodigde documentatie. Of ze blijven liever op een plek waar zij de taal spreken en de cultuur kennen.

Flevolandse hulp
De gemeente Almere maakte begin deze maand bekend nog eens maximaal 790 vluchtelingen onderdak te zullen bieden. Die komen bovenop de 696 vluchtelingen die de gemeente nu al huisvest.

De stichting Dorcas is niet de enige Flevolandse organisatie die in Oekraïne hulp biedt. Sinds het begin van oorlog is er in de provincie een grote hoeveelheid initiatieven gestart, gericht op hulpverlening voor Oekraïners in Flevoland, of in het land zelf. Recent startte pianolerares Iryna Gura uit Emmeloord een stichting om muzieklessen in Oekraïne te kunnen blijven ondersteunen.

WhatsApp ons!
Heb jij een tip of verbetering? Stuur de redactie van Omroep Flevoland een bericht op 0320 28 5050 of stuur een mail: rtv@omroepflevoland.nl!

Deel artikel